Vertaling van afremmen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
afremmen {ww.}
afremmen {ww.}

ik zal afremmen
jij zult afremmen
hij/zij/het zal afremmen

ik zal afremmen
jij zult afremmen
hij/zij/het zal afremmen
» meer vervoegingen van afremmen

remmen, afremmen {ww.}
remmen
afremmen {ww.}

ik zal afremmen
jij zult afremmen
hij/zij/het zal afremmen

ik zal remmen
jij zult remmen
hij/zij/het zal remmen
» meer vervoegingen van remmen

Er is iets mis met de remmen.
Er is iets mis met de remmen.
Ik zal de auto alleen kopen als ze eerst de remmen herstellen.
Ik zal de auto alleen kopen als ze eerst de remmen herstellen.
remmen, afremmen {ww.}
remmen
afremmen {ww.}

ik zal afremmen
jij zult afremmen
hij/zij/het zal afremmen

ik zal remmen
jij zult remmen
hij/zij/het zal remmen
» meer vervoegingen van remmen



Gerelateerd aan afremmen

remmentemperen