Vertaling van deksel

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
deksel [o] {zn.}
deksel [o] {zn.}
Help me alsjeblieft met dit deksel eraf te krijgen.
Help me alsjeblieft met dit deksel eraf te krijgen.
Tom heeft een deksel op de pan gelegd.
Tom heeft een deksel op de pan gelegd.
deksel [o], dekplaat [v] {zn.}
deksel [o]
dekplaat [v] {zn.}
deksel [o], dekplaat [v] {zn.}
deksel [o]
dekplaat [v] {zn.}
deksel [o], kap [v], omslag [o], kaft, bedekking [v] {zn.}
deksel [o]
kap [v]
omslag [o]
kaft
bedekking [v] {zn.}


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Help me alsjeblieft met dit deksel eraf te krijgen.

Help me alsjeblieft met dit deksel eraf te krijgen.

Tom heeft een deksel op de pan gelegd.

Tom heeft een deksel op de pan gelegd.


Gerelateerd aan deksel

dekplaat - kap - omslag - kaft - bedekking