Vertaling van dooier

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
eierdooier [m], eigeel [o], dooier [m] {zn.}
eierdooier [m]
eigeel [o]
dooier [m] {zn.}
geel [o] (het ~), eierdooier [m] (de ~), eigeel [o] (het ~), dooier [m] (de ~) {zn.}
geel [o] (het ~)
eierdooier [m] (de ~)
eigeel [o] (het ~)
dooier [m] (de ~) {zn.}
Ze zijn geel.
Ze zijn geel.
Bananen zijn geel.
Bananen zijn geel.


Gerelateerd aan dooier

eierdooier - eigeel - geeldeel