Vertaling van jakkeren

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
jakkeren, ijlen {ww.}
jakkeren
ijlen {ww.}

ik ijl
jij ijlt
hij/zij/het ijlt

ik jakker
jij jakkert
hij/zij/het jakkert
» meer vervoegingen van jakkeren

jakkeren {ww.}
jakkeren {ww.}

ik jakker
jij jakkert
hij/zij/het jakkert

ik jakker
jij jakkert
hij/zij/het jakkert
» meer vervoegingen van jakkeren



Gerelateerd aan jakkeren

ijlenautorijden