Vertaling van lekkerbek

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
snoeper, zoetekauw, lekkerbek {zn.}
snoeper
zoetekauw
lekkerbek {zn.}
lucullus, smulpaap [m] (de ~), gourmet [m] (de ~), kenner, gourmand, gastronoom, fijnproever [m] (de ~), culi, lekkerbek [m] (de ~) {zn.}
lucullus
smulpaap [m] (de ~)
gourmet [m] (de ~)
kenner
gourmand
gastronoom
fijnproever [m] (de ~)
culi
lekkerbek [m] (de ~) {zn.}
lekkerbekken, likkebaarden, watertanden {ww.}
lekkerbekken
likkebaarden
watertanden {ww.}

ik lekkerbek
jij lekkerbekt
hij/zij/het lekkerbekt

ik lekkerbek
jij lekkerbekt
hij/zij/het lekkerbekt
» meer vervoegingen van lekkerbekken



Gerelateerd aan lekkerbek

snoeper - zoetekauw - lucullus - smulpaap - gourmet - kenner - gourmand - gastronoom - fijnproever - culi - lekkerbekken - likkebaarden - watertandenliefhebber - begeren