Vertaling van opwellen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
opwellen {ww.}
opwellen {ww.}

hij/zij/het zal opwellen
hij/zij/het zal opwellen
zij zult opwellen

hij/zij/het zal opwellen
hij/zij/het zal opwellen
zij zult opwellen
» meer vervoegingen van opwellen

opwellen, wellen {ww.}
opwellen
wellen {ww.}

hij/zij/het zal opwellen
hij/zij/het zal opwellen
zij zult opwellen

hij/zij/het zal opwellen
hij/zij/het zal opwellen
zij zult opwellen
» meer vervoegingen van opwellen

wellen, voortkomen, opborrelen, opwellen, ontspringen {ww.}
wellen
voortkomen
opborrelen
opwellen
ontspringen {ww.}

ik zal ontspringen
ik zou ontspringen
jij zult ontspringen

ik zal wellen
ik zou wellen
jij zult wellen
» meer vervoegingen van wellen



Gerelateerd aan opwellen

wellen - voortkomen - opborrelen - ontspringenopkomen