Vertaling van vatbaarheid

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
vatbaarheid [v] {zn.}
vatbaarheid [v] {zn.}
vatbaarheid [v] {zn.}
vatbaarheid [v] {zn.}
aanleg, ontvankelijkheid [v], predispositie, dispositie, vatbaarheid {zn.}
aanleg
ontvankelijkheid [v]
predispositie
dispositie
vatbaarheid {zn.}
Ik heb een natuurlijke aanleg voor wiskunde.
Ik heb een natuurlijke aanleg voor wiskunde.


Gerelateerd aan vatbaarheid

aanleg - ontvankelijkheid - predispositie - dispositiegevoeligheid