Vertaling van versmelten
fuseren
samensmelten {ww.}
ik fuseer
jij fuseert
hij/zij/het fuseert
ik fuseer
jij fuseert
hij/zij/het fuseert
» meer vervoegingen van fuseren
vloeibaar worden
versmelten
doorbranden {ww.}
ik brand door
jij brandt door
hij/zij/het brandt door
ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt
» meer vervoegingen van smelten
doen smelten
vloeibaar maken
versmelten {ww.}
ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt
ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt
» meer vervoegingen van smelten
versmelten
wegsmelten {ww.}
ik smelt af
jij smelt af
hij/zij/het smelt af
ik smelt af
jij smelt af
hij/zij/het smelt af
» meer vervoegingen van afsmelten
versmelten {ww.}
hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het versmelt
hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het smelt samen
» meer vervoegingen van samensmelten
versmelten {ww.}
hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het versmelt
hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het smelt samen
» meer vervoegingen van samensmelten