Vertaling van versmelten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
versmelten, fuseren, samensmelten {ww.}
versmelten
fuseren
samensmelten {ww.}

ik fuseer
jij fuseert
hij/zij/het fuseert

ik fuseer
jij fuseert
hij/zij/het fuseert
» meer vervoegingen van fuseren

smelten, vloeibaar worden, versmelten, doorbranden {ww.}
smelten
vloeibaar worden
versmelten
doorbranden {ww.}

ik brand door
jij brandt door
hij/zij/het brandt door

ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt
» meer vervoegingen van smelten

Wie zou dat stenen hart van jou kunnen doen smelten?
Wie zou dat stenen hart van jou kunnen doen smelten?
Het smelten van de poolkappen kan bijdragen aan het stijgen van het zeeniveau.
Het smelten van de poolkappen kan bijdragen aan het stijgen van het zeeniveau.
smelten, doen smelten, vloeibaar maken, versmelten {ww.}
smelten
doen smelten
vloeibaar maken
versmelten {ww.}

ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt

ik smelt
jij smelt
hij/zij/het smelt
» meer vervoegingen van smelten

afsmelten, versmelten, wegsmelten {ww.}
afsmelten
versmelten
wegsmelten {ww.}

ik smelt af
jij smelt af
hij/zij/het smelt af

ik smelt af
jij smelt af
hij/zij/het smelt af
» meer vervoegingen van afsmelten

samensmelten, versmelten {ww.}
samensmelten
versmelten {ww.}

hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het versmelt

hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het smelt samen
» meer vervoegingen van samensmelten

samensmelten, versmelten {ww.}
samensmelten
versmelten {ww.}

hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het versmelt

hij/zij/het smelt samen
zij smelten samen
hij/zij/het smelt samen
» meer vervoegingen van samensmelten