Vertaling van behagen

Inhoud:

Nederlands
Zweeds
behagen [o], genoegen, welbehagen, welgevallen, zin [m] {zn.}
behag
aanstaan, behagen, bevallen, zinnen {ww.}
behaga


Gerelateerd aan behagen

genoegen - welbehagen - welgevallen - zin - aanstaan - bevallen - zinnen