Vertaling van even
Inhoud:
Nederlands
Zweeds
even, eveneens, idem, insgelijks, van hetzelfde {bw.}
desslikes
samt
samt
zo, zodanig, zozeer, even, dermate, dusdanig {bw.}
sålunda
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Zweeds
Om het even.
Skitsamma.
Ze zijn even sterk als wij.
De är lika starka som vi.
Ik kan even niet op zijn naam komen.
Jag kommer inte på hans namn just nu.
Het is ongeveer even groot als een ei.
Det är ungefär lika stort som ett ägg.