Vertaling van iedereen
Inhoud:
Nederlands
Zweeds
elk, ieder, iedereen, al, elkeen, iegelijk {onb. vnw.}
all
envar
varenda
varje
envar
varenda
varje
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Zweeds
Waar is iedereen?
Var är allesammans?
Zijn domme antwoord verbaasde iedereen.
Hans dumma svar överraskade alla.
Iedereen wil je ontmoeten, je bent beroemd!
Alla vill träffa dig. Du är känd!