Vertaling van verstaan

Inhoud:

Nederlands
Zweeds
horen, vernemen, verstaan {ww.}
höra
Kun je me horen?
Kan ni höra mig?
begrijpen, beseffen, bevatten, snappen, vatten, verstaan {ww.}
begripa


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Zweeds

Tom kon nauwelijks verstaan wat Mary zei.

Tom kunde knappt förstå vad Mary sade.

Ik denk niet dat zij het zou verstaan.

Jag tror inte att hon skulle förstå det.


Gerelateerd aan verstaan

horen - vernemen - begrijpen - beseffen - bevatten - snappen - vatten