Vertaling van wandel

Inhoud:

Nederlands
Zweeds
gedrag [o], houding [v], wandel {zn.}
uppförande
beteende
aan de wandel zijn, lopen, tippelen, wandelen {ww.}
spatsera
promenera


Gerelateerd aan wandel

gedrag - houding - aan de wandel zijn - lopen - tippelen - wandelen