Vervoeging van descend

Engels

Nederlands

Present

  • he/she/it descends
  • they descend

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het verzakt
  • zij verzakken

Simple past

  • he/she/it descended
  • they descended

Onvoltooid verleden tijd

  • hij/zij/het verzakte
  • zij verzakten

Present perfect

  • he/she/it has descended
  • they have descended

Voltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het is verzakt
  • zij zijn verzakt

Past perfect

  • he/she/it had descended
  • they had descended

Voltooid verleden tijd

  • hij/zij/het was verzakt
  • zij waren verzakt

Future

  • he/she/it will descend
  • they will descend

Toekomende tijd I

  • hij/zij/het zal verzakken
  • zij zult verzakken

Future perfect

  • he/she/it will have descended
  • they will have descended

Toekomende tijd II

  • hij/zij/het zal verzakt zijn
  • zij zult verzakt zijn

Conditional present

  • he/she/it would descend
  • they would descend

Conditionalis I

  • hij/zij/het zal verzakken
  • zij zullen verzakken

Conditional perfect

  • he/she/it would have descended
  • they would have descended

Conditionalis II

  • hij/zij/het zal zijn verzakt
  • zij zullen zijn verzakt

Verwijzingen

Bekijk 9 definitie(s) van descend