Vervoeging van droogstaan

Onbepaalde wijs (infinitief): droogstaan

Er is helaas geen Spaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik sta droog
    • jij staat droog
    • hij/zij/het staat droog
    • wij staan droog
    • jullie staan droog
    • zij staan droog
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik stond droog
    • jij stond droog
    • hij/zij/het stond droog
    • wij stonden droog
    • jullie stonden droog
    • zij stonden droog
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb drooggestaan
    • jij hebt drooggestaan
    • hij/zij/het heeft drooggestaan
    • wij hebben drooggestaan
    • jullie hebben drooggestaan
    • zij hebben drooggestaan
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had drooggestaan
    • jij had drooggestaan
    • hij/zij/het had drooggestaan
    • wij hadden drooggestaan
    • jullie hadden drooggestaan
    • zij hadden drooggestaan
  • Toekomende tijd I

    • ik zal droogstaan
    • jij zult droogstaan
    • hij/zij/het zal droogstaan
    • wij zullen droogstaan
    • jullie zullen droogstaan
    • zij zullen droogstaan
  • Toekomende tijd II

    • ik zal drooggestaan hebben
    • jij zult drooggestaan hebben
    • hij/zij/het zal drooggestaan hebben
    • wij zullen drooggestaan hebben
    • jullie zullen drooggestaan hebben
    • zij zullen drooggestaan hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou droogstaan
    • jij zou droogstaan
    • hij/zij/het zou droogstaan
    • wij zouden droogstaan
    • jullie zouden droogstaan
    • zij zouden droogstaan
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben drooggestaan
    • jij zou hebben drooggestaan
    • hij/zij/het zou hebben drooggestaan
    • wij zouden hebben drooggestaan
    • jullie zouden hebben drooggestaan
    • zij zouden hebben drooggestaan
  • Imperatief

    • jij sta droog
    • jullie staat droog