Vervoeging van eclipseren
Onbepaalde wijs (infinitief): eclipseren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik eclipseer
- jij eclipseert
- hij/zij/het eclipseert
- wij eclipseren
- jullie eclipseren
- zij eclipseren
Present
- I disappear
- you disappear
- he/she/it disappears
- we disappear
- you disappear
- they disappear
Onvoltooid verleden tijd
- ik eclipseerde
- jij eclipseerde
- hij/zij/het eclipseerde
- wij eclipseerden
- jullie eclipseerden
- zij eclipseerden
Simple past
- I disappeared
- you disappeared
- he/she/it disappeared
- we disappeared
- you disappeared
- they disappeared
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geëclipseerd
- jij hebt geëclipseerd
- hij/zij/het heeft geëclipseerd
- wij hebben geëclipseerd
- jullie hebben geëclipseerd
- zij hebben geëclipseerd
Present perfect
- I have disappeared
- you have disappeared
- he/she/it has disappeared
- we have disappeared
- you have disappeared
- they have disappeared
Voltooid verleden tijd
- ik had geëclipseerd
- jij had geëclipseerd
- hij/zij/het had geëclipseerd
- wij hadden geëclipseerd
- jullie hadden geëclipseerd
- zij hadden geëclipseerd
Past perfect
- I had disappeared
- you had disappeared
- he/she/it had disappeared
- we had disappeared
- you had disappeared
- they had disappeared
Toekomende tijd I
- ik zal eclipseren
- jij zult eclipseren
- hij/zij/het zal eclipseren
- wij zullen eclipseren
- jullie zullen eclipseren
- zij zullen eclipseren
Future
- I will disappear
- you will disappear
- he/she/it will disappear
- we will disappear
- you will disappear
- they will disappear
Toekomende tijd II
- ik zal geëclipseerd hebben
- jij zult geëclipseerd hebben
- hij/zij/het zal geëclipseerd hebben
- wij zullen geëclipseerd hebben
- jullie zullen geëclipseerd hebben
- zij zullen geëclipseerd hebben
Future perfect
- I will have disappeared
- you will have disappeared
- he/she/it will have disappeared
- we will have disappeared
- you will have disappeared
- they will have disappeared
Conditionalis I
- ik zou eclipseren
- jij zou eclipseren
- hij/zij/het zou eclipseren
- wij zouden eclipseren
- jullie zouden eclipseren
- zij zouden eclipseren
Conditional present
- I would disappear
- you would disappear
- he/she/it would disappear
- we would disappear
- you would disappear
- they would disappear
Conditionalis II
- ik zou hebben geëclipseerd
- jij zou hebben geëclipseerd
- hij/zij/het zou hebben geëclipseerd
- wij zouden hebben geëclipseerd
- jullie zouden hebben geëclipseerd
- zij zouden hebben geëclipseerd
Conditional perfect
- I would have disappeared
- you would have disappeared
- he/she/it would have disappeared
- we would have disappeared
- you would have disappeared
- they would have disappeared
Imperatief
- jij eclipseer
- jullie eclipseert
Imperative
- you disappear
- you disappear