Vervoeging van inspireren
Onbepaalde wijs (infinitief): inspireren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik inspireer
- jij inspireert
- hij/zij/het inspireert
- wij inspireren
- jullie inspireren
- zij inspireren
Present
- I model
- you model
- he/she/it models
- we model
- you model
- they model
Onvoltooid verleden tijd
- ik inspireerde
- jij inspireerde
- hij/zij/het inspireerde
- wij inspireerden
- jullie inspireerden
- zij inspireerden
Simple past
- I modeled; modelled
- you modeled; modelled
- he/she/it modeled; modelled
- we modeled; modelled
- you modeled; modelled
- they modeled; modelled
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geïnspireerd
- jij hebt geïnspireerd
- hij/zij/het heeft geïnspireerd
- wij hebben geïnspireerd
- jullie hebben geïnspireerd
- zij hebben geïnspireerd
Present perfect
- I have modeled; modelled
- you have modeled; modelled
- he/she/it has modeled; modelled
- we have modeled; modelled
- you have modeled; modelled
- they have modeled; modelled
Voltooid verleden tijd
- ik had geïnspireerd
- jij had geïnspireerd
- hij/zij/het had geïnspireerd
- wij hadden geïnspireerd
- jullie hadden geïnspireerd
- zij hadden geïnspireerd
Past perfect
- I had modeled; modelled
- you had modeled; modelled
- he/she/it had modeled; modelled
- we had modeled; modelled
- you had modeled; modelled
- they had modeled; modelled
Toekomende tijd I
- ik zal inspireren
- jij zult inspireren
- hij/zij/het zal inspireren
- wij zullen inspireren
- jullie zullen inspireren
- zij zullen inspireren
Future
- I will model
- you will model
- he/she/it will model
- we will model
- you will model
- they will model
Toekomende tijd II
- ik zal geïnspireerd hebben
- jij zult geïnspireerd hebben
- hij/zij/het zal geïnspireerd hebben
- wij zullen geïnspireerd hebben
- jullie zullen geïnspireerd hebben
- zij zullen geïnspireerd hebben
Future perfect
- I will have modeled; modelled
- you will have modeled; modelled
- he/she/it will have modeled; modelled
- we will have modeled; modelled
- you will have modeled; modelled
- they will have modeled; modelled
Conditionalis I
- ik zou inspireren
- jij zou inspireren
- hij/zij/het zou inspireren
- wij zouden inspireren
- jullie zouden inspireren
- zij zouden inspireren
Conditional present
- I would model
- you would model
- he/she/it would model
- we would model
- you would model
- they would model
Conditionalis II
- ik zou hebben geïnspireerd
- jij zou hebben geïnspireerd
- hij/zij/het zou hebben geïnspireerd
- wij zouden hebben geïnspireerd
- jullie zouden hebben geïnspireerd
- zij zouden hebben geïnspireerd
Conditional perfect
- I would have modeled; modelled
- you would have modeled; modelled
- he/she/it would have modeled; modelled
- we would have modeled; modelled
- you would have modeled; modelled
- they would have modeled; modelled
Imperatief
- jij inspireer
- jullie inspireert
Imperative
- you model
- you model