Vervoeging van ondermijnen

Onbepaalde wijs (infinitief): ondermijnen

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik ondermijn
  • jij ondermijnt
  • hij/zij/het ondermijnt
  • wij ondermijnen
  • jullie ondermijnen
  • zij ondermijnen

Indicativo presente

  • yo zapo
  • zapas
  • él/ella zapa
  • nosotros zapamos
  • vosotros zapáis
  • ellos/ellas zapan

Onvoltooid verleden tijd

  • ik ondermijnde
  • jij ondermijnde
  • hij/zij/het ondermijnde
  • wij ondermijnden
  • jullie ondermijnden
  • zij ondermijnden

Indefinido

  • yo zapé
  • zapaste
  • él/ella zapó
  • nosotros zapamos
  • vosotros zapasteis
  • ellos/ellas zaparon

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb ondermijnd
  • jij hebt ondermijnd
  • hij/zij/het heeft ondermijnd
  • wij hebben ondermijnd
  • jullie hebben ondermijnd
  • zij hebben ondermijnd

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he zapado
  • has zapado
  • él/ella ha zapado
  • nosotros hemos zapado
  • vosotros habéis zapado
  • ellos/ellas han zapado

Voltooid verleden tijd

  • ik had ondermijnd
  • jij had ondermijnd
  • hij/zij/het had ondermijnd
  • wij hadden ondermijnd
  • jullie hadden ondermijnd
  • zij hadden ondermijnd

Pluscuamperfecto

  • yo había zapado
  • habías zapado
  • él/ella había zapado
  • nosotros habíamos zapado
  • vosotros habíais zapado
  • ellos/ellas habían zapado

Toekomende tijd I

  • ik zal ondermijnen
  • jij zult ondermijnen
  • hij/zij/het zal ondermijnen
  • wij zullen ondermijnen
  • jullie zullen ondermijnen
  • zij zullen ondermijnen

Futuro I

  • yo zaparé
  • zaparás
  • él/ella zapará
  • nosotros zaparemos
  • vosotros zaparéis
  • ellos/ellas zaparán

Toekomende tijd II

  • ik zal ondermijnd hebben
  • jij zult ondermijnd hebben
  • hij/zij/het zal ondermijnd hebben
  • wij zullen ondermijnd hebben
  • jullie zullen ondermijnd hebben
  • zij zullen ondermijnd hebben

Futuro perfecto

  • yo habré zapado
  • habrás zapado
  • él/ella habrá zapado
  • nosotros habremos zapado
  • vosotros habréis zapado
  • ellos/ellas habrán zapado

Conditionalis I

  • ik zou ondermijnen
  • jij zou ondermijnen
  • hij/zij/het zou ondermijnen
  • wij zouden ondermijnen
  • jullie zouden ondermijnen
  • zij zouden ondermijnen

Condicional

  • yo zaparía
  • zaparías
  • él/ella zaparía
  • nosotros zaparíamos
  • vosotros zaparíais
  • ellos/ellas zaparían

Conditionalis II

  • ik zou hebben ondermijnd
  • jij zou hebben ondermijnd
  • hij/zij/het zou hebben ondermijnd
  • wij zouden hebben ondermijnd
  • jullie zouden hebben ondermijnd
  • zij zouden hebben ondermijnd

Condicional perfecto

  • yo habría zapado
  • habrías zapado
  • él/ella habría zapado
  • nosotros habríamos zapado
  • vosotros habríais zapado
  • ellos/ellas habrían zapado

Imperatief

  • jij ondermijn
  • jullie ondermijnt

Imperativo presente

  • zapa
  • vosotros zapad

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van ondermijnen