Vervoeging van opleiden
Onbepaalde wijs (infinitief): opleiden
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik leid op
- jij leidt op
- hij/zij/het leidt op
- wij leiden op
- jullie leiden op
- zij leiden op
Present
- I nab
- you nab
- he/she/it nabs
- we nab
- you nab
- they nab
Onvoltooid verleden tijd
- ik leidde op
- jij leidde op
- hij/zij/het leidde op
- wij leidden op
- jullie leidden op
- zij leidden op
Simple past
- I nabbed
- you nabbed
- he/she/it nabbed
- we nabbed
- you nabbed
- they nabbed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb opgeleid
- jij hebt opgeleid
- hij/zij/het heeft opgeleid
- wij hebben opgeleid
- jullie hebben opgeleid
- zij hebben opgeleid
Present perfect
- I have nabbed
- you have nabbed
- he/she/it has nabbed
- we have nabbed
- you have nabbed
- they have nabbed
Voltooid verleden tijd
- ik had opgeleid
- jij had opgeleid
- hij/zij/het had opgeleid
- wij hadden opgeleid
- jullie hadden opgeleid
- zij hadden opgeleid
Past perfect
- I had nabbed
- you had nabbed
- he/she/it had nabbed
- we had nabbed
- you had nabbed
- they had nabbed
Toekomende tijd I
- ik zal opleiden
- jij zult opleiden
- hij/zij/het zal opleiden
- wij zullen opleiden
- jullie zullen opleiden
- zij zullen opleiden
Future
- I will nab
- you will nab
- he/she/it will nab
- we will nab
- you will nab
- they will nab
Toekomende tijd II
- ik zal opgeleid hebben
- jij zult opgeleid hebben
- hij/zij/het zal opgeleid hebben
- wij zullen opgeleid hebben
- jullie zullen opgeleid hebben
- zij zullen opgeleid hebben
Future perfect
- I will have nabbed
- you will have nabbed
- he/she/it will have nabbed
- we will have nabbed
- you will have nabbed
- they will have nabbed
Conditionalis I
- ik zou opleiden
- jij zou opleiden
- hij/zij/het zou opleiden
- wij zouden opleiden
- jullie zouden opleiden
- zij zouden opleiden
Conditional present
- I would nab
- you would nab
- he/she/it would nab
- we would nab
- you would nab
- they would nab
Conditionalis II
- ik zou hebben opgeleid
- jij zou hebben opgeleid
- hij/zij/het zou hebben opgeleid
- wij zouden hebben opgeleid
- jullie zouden hebben opgeleid
- zij zouden hebben opgeleid
Conditional perfect
- I would have nabbed
- you would have nabbed
- he/she/it would have nabbed
- we would have nabbed
- you would have nabbed
- they would have nabbed
Imperatief
- jij leid op
- jullie leidt op
Imperative
- you nab
- you nab