Vervoeging van stevenen
Onbepaalde wijs (infinitief): stevenen
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik steven
- jij stevent
- hij/zij/het stevent
- wij stevenen
- jullie stevenen
- zij stevenen
Present
- I make
- you make
- he/she/it makes
- we make
- you make
- they make
Onvoltooid verleden tijd
- ik stevende
- jij stevende
- hij/zij/het stevende
- wij stevenden
- jullie stevenden
- zij stevenden
Simple past
- I made
- you made
- he/she/it made
- we made
- you made
- they made
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik ben gestevend
- jij bent gestevend
- hij/zij/het is gestevend
- wij zijn gestevend
- jullie zijn gestevend
- zij zijn gestevend
Present perfect
- I have made
- you have made
- he/she/it has made
- we have made
- you have made
- they have made
Voltooid verleden tijd
- ik was gestevend
- jij was gestevend
- hij/zij/het was gestevend
- wij waren gestevend
- jullie waren gestevend
- zij waren gestevend
Past perfect
- I had made
- you had made
- he/she/it had made
- we had made
- you had made
- they had made
Toekomende tijd I
- ik zal stevenen
- jij zult stevenen
- hij/zij/het zal stevenen
- wij zullen stevenen
- jullie zullen stevenen
- zij zullen stevenen
Future
- I will make
- you will make
- he/she/it will make
- we will make
- you will make
- they will make
Toekomende tijd II
- ik zal gestevend zijn
- jij zult gestevend zijn
- hij/zij/het zal gestevend zijn
- wij zullen gestevend zijn
- jullie zullen gestevend zijn
- zij zullen gestevend zijn
Future perfect
- I will have made
- you will have made
- he/she/it will have made
- we will have made
- you will have made
- they will have made
Conditionalis I
- ik zou stevenen
- jij zou stevenen
- hij/zij/het zou stevenen
- wij zouden stevenen
- jullie zouden stevenen
- zij zouden stevenen
Conditional present
- I would make
- you would make
- he/she/it would make
- we would make
- you would make
- they would make
Conditionalis II
- ik zou zijn gestevend
- jij zou zijn gestevend
- hij/zij/het zou zijn gestevend
- wij zouden zijn gestevend
- jullie zouden zijn gestevend
- zij zouden zijn gestevend
Conditional perfect
- I would have made
- you would have made
- he/she/it would have made
- we would have made
- you would have made
- they would have made
Imperatief
- jij steven
- jullie stevent
Imperative
- you make
- you make