Vervoeging van vaneenscheuren

Onbepaalde wijs (infinitief): vaneenscheuren

Er is helaas geen Franse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik scheur vaneen
    • jij scheurt vaneen
    • hij/zij/het scheurt vaneen
    • wij scheuren vaneen
    • jullie scheuren vaneen
    • zij scheuren vaneen
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik scheurde vaneen
    • jij scheurde vaneen
    • hij/zij/het scheurde vaneen
    • wij scheurden vaneen
    • jullie scheurden vaneen
    • zij scheurden vaneen
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb vaneengescheurd
    • jij hebt vaneengescheurd
    • hij/zij/het heeft vaneengescheurd
    • wij hebben vaneengescheurd
    • jullie hebben vaneengescheurd
    • zij hebben vaneengescheurd
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had vaneengescheurd
    • jij had vaneengescheurd
    • hij/zij/het had vaneengescheurd
    • wij hadden vaneengescheurd
    • jullie hadden vaneengescheurd
    • zij hadden vaneengescheurd
  • Toekomende tijd I

    • ik zal vaneenscheuren
    • jij zult vaneenscheuren
    • hij/zij/het zal vaneenscheuren
    • wij zullen vaneenscheuren
    • jullie zullen vaneenscheuren
    • zij zullen vaneenscheuren
  • Toekomende tijd II

    • ik zal vaneengescheurd hebben
    • jij zult vaneengescheurd hebben
    • hij/zij/het zal vaneengescheurd hebben
    • wij zullen vaneengescheurd hebben
    • jullie zullen vaneengescheurd hebben
    • zij zullen vaneengescheurd hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou vaneenscheuren
    • jij zou vaneenscheuren
    • hij/zij/het zou vaneenscheuren
    • wij zouden vaneenscheuren
    • jullie zouden vaneenscheuren
    • zij zouden vaneenscheuren
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben vaneengescheurd
    • jij zou hebben vaneengescheurd
    • hij/zij/het zou hebben vaneengescheurd
    • wij zouden hebben vaneengescheurd
    • jullie zouden hebben vaneengescheurd
    • zij zouden hebben vaneengescheurd
  • Imperatief

    • jij scheur vaneen
    • jullie scheurt vaneen