Betekenis van:
law

law
Zelfstandig naamwoord
  • regels volgens welke men moet spelen
  • the learned profession that is mastered by graduate study in a law school and that is responsible for the judicial system
"he studied law at Yale"

Synoniemen

Hyperoniemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • bindende, gezaghebbende regel
  • the learned profession that is mastered by graduate study in a law school and that is responsible for the judicial system
"he studied law at Yale"

Synoniemen

Hyperoniemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • door de hoogste staatsmacht vastgestelde, met gezag gehandhaafde regel voor het maatschappelijk leven
  • legal document setting forth rules governing a particular kind of activity
"there is a law against kidnapping"

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • rechtsgeleerdheid
  • the learned profession that is mastered by graduate study in a law school and that is responsible for the judicial system
"he studied law at Yale"

Synoniemen

Hyperoniemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • overheidsdienst belast met het toezicht op de openbare orde en veiligheid en met het opsporen van wetsovertreders; alle politiediensten samen; politiekorps; overheidsdienst belast met het toezicht op de openbare orde en veiligheid en met het opsporen van wetsovertreders
  • the force of policemen and officers
"the law came looking for him"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • dienst die beveiligt
  • the force of policemen and officers
"the law came looking for him"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • regionale afdeling v.d. politie
  • the force of policemen and officers
"the law came looking for him"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • et stelsel van rechtsregels waaraan de burger zich dient te houden, die uitgaat van enig bestuur; bestaande wetten
  • the collection of rules imposed by authority
"civilization presupposes respect for the law"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • rechtenstudie
  • the learned profession that is mastered by graduate study in a law school and that is responsible for the judicial system
"he studied law at Yale"

Synoniemen

Hyperoniemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • politiemacht
  • the force of policemen and officers
"the law came looking for him"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
  • natuurrecht, natuurwet
  • a rule or body of rules of conduct inherent in human nature and essential to or binding upon human society

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

law
Zelfstandig naamwoord
    • the branch of philosophy concerned with the law and the principles that lead courts to make the decisions they do

    Synoniemen

    Hyperoniemen

    Hyponiemen


    Voorbeeldzinnen

    1. The law is the law.
    2. The law punishes.
    3. That's the law.
    4. I am the law!
    5. It's the law.
    6. It is the law.
    7. I'm the law.
    8. Necessity knows no law.
    9. The law was changed.
    10. Where is law college?
    11. His word is law.
    12. He is the law.
    13. He violated a law.
    14. Hunger knows no law.
    15. That's against the law.