Betekenis van:
aanstelling

aanstelling (de ~ | meervoud aanstellingen)
Zelfstandig naamwoord
  • benoeming in een functie; het benoemen
"een vaste/tijdelijke aanstelling"
"een aanstelling tot [hoogleraar]"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

aanstelling
Zelfstandig naamwoord
  • benoeming.

Voorbeeldzinnen

  1. Vóór de aanstelling
  2. Aan aanstelling voorafgaande keuringen:
  3. Na de aanstelling
  4. Aanstelling van deskundigen [15]
  5. Aanstelling van onafhankelijke deskundigen
  6. Aanstelling of bezigheid
  7. Het tot aanstelling bevoegd gezag
  8. Aanstelling van de secretaris-generaal
  9. Aanstelling en opleiding van auditoren
  10. Aanstelling van onafhankelijke en hooggekwalificeerde deskundigen
  11. Artikel 68 — Aanstelling van de secretaris-generaal
  12. Inleidend verzoek en aanstelling van veiligheidscontroleteam
  13. de wijze van aanstelling en ontslag,
  14. Artikel 62 — Aanstelling van de secretaris-generaal
  15. Voor uw aanstelling gelden de volgende voorwaarden.