Betekenis van:
				
					agitator					
				
			
            agitator (de ~ | meervoud agitators, agitatoren)
Zelfstandig naamwoord
- iem. die onrust teweegbrengt
 
Synoniemen
- onruststoker
 - aanstoker
 - aanzetter
 - herrieschopper
 - onrustzaaier
 - oproerkraaier
 - opruier
 - paniekzaaier
 - provocateur
 - raddraaier
 - roervink
 - stemmingmaker
 - stokebrand
 - stoker
 - woelgeest
 
Hyperoniemen
Hyponiemen
agitator
Zelfstandig naamwoord
- iemand die een mensenmassa ophitst