Betekenis van:
armslag

armslag (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • vrije ruimte om zelf in te vullen; bewegingsruimte; vrijheid in doen en laten; speelruimte mbt. regels, budget etc.; vrije ruimte om zelf in te vullen
"financiële armslag"
"weinig armslag"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. De verwerving van FagorBrandt heeft de financiële armslag van Fagor beperkt, waardoor Fagor zich momenteel geen financieringen kan veroorloven die een bepaalde drempel overschrijden.
  2. Bovendien betoogde zij dat dit grotere aandelenbezit duidelijk enkel en alleen bedoeld was om de holding in verband met de financiële crisis meer financiële armslag te geven.
  3. Als algemene opmerking erkent de studie […] dat het effect van de beperking van de armslag voor actief portefeuillebeheer moeilijk te beoordelen is.
  4. Die bescherming dient echter slechts voor beperkte tijd te gelden om onnodige herhaling van studies en onderzoeken te vermijden, en om de toegang tot claims te vergemakkelijken voor de kleine en middelgrote bedrijven (MKB) die maar zelden over voldoende financiële armslag beschikken om onderzoeksactiviteiten te ontplooien.
  5. De Commissie stelt niet dat het financiële voordeel van het FPAP afkomstig was van een voorkeursbehandeling van het FPAP door andere marktdeelnemers, maar wel dat het fonds uitsluitend op deze markt actief heeft kunnen zijn omdat het beschikte over een door de staat toegekende financiële armslag die de eigen draagkracht van het FPAP te boven ging, terwijl deze financiële mogelijkheden door de staat niet onder vergelijkbare voorwaarden waren toegekend aan andere ondernemingen die mogelijk hetzelfde belang als het FPAP hadden om op deze markt actief te zijn (bijvoorbeeld ondernemingen uit andere door de stijging van de brandstofprijzen getroffen sectoren) of op deze markt actief zijn om redenen die verband houden met hun economische en commerciële strategieën (waaronder oliebedrijven).