Betekenis van:
berijden

berijden
Werkwoord
  • op een weg rijden
"de A1 berijden"

Hyperoniemen

Hyponiemen

berijden
Werkwoord
  • besturen
"je stokpaardje berijden"
"een motorfiets/paard berijden"

Hyperoniemen

berijden
Werkwoord
  • het voortbewegen op een rijdier, zoals een paard of een voertuig zoals een fiets
"Zij bereden prachtige paarden."
berijden
Werkwoord
  • het rijden over een bepaalde weg
"Nu de dooi de ijzel heeft doen smelten zijn de meeste wegen weer goed te berijden."

Voorbeeldzinnen

  1. Berijden van bochten.
  2. Beschrijving van de te berijden lijn en de relevante baanapparatuur
  3. Treinen die deze lijnen moeten berijden, moeten worden uitgevoerd met stroomafnemers van 1950 mm.
  4. Deze grenswaarde is karakteristiek voor het vermogen van rollend materieel, scheluw spoor te berijden.
  5. Goederenwagens dienen zodanig te worden ontworpen dat zij bochten, opritten en toegangen tot veerboten kunnen berijden zonder dat de draaistellen en de wagenbak met elkaar in aanraking komen.
  6. gebruik moet worden gemaakt van een methode voor het centreren van de as op het spoor bij het berijden van rechte strekkingen
  7. In dit artikel wordt beschreven hoe de verbreding van het omgrenzingsprofiel ten gevolge van het berijden van een boog moet worden berekend.
  8. Treinbestuurders moeten een beschrijving krijgen van de te berijden lijnen en de relevante baanapparatuur die zij tijdens het rijden moeten bedienen.
  9. Draaistellen dienen geschikt te zijn voor het berijden van een hellingshoek bij de toegang tot veerboten, waarvan de maximale hoek van de oprijbrug in bogen van 120 m 2o 30’ bedraagt.
  10. Platte wagens dienen bochten met een boogstraal van 60 m te kunnen berijden, en andere typen wagens bochten met een boogstraal van 75 m op spoor met een standaard spoorbreedte en bochten met een boogstraal van 120 m op breedspoor.
  11. Indien de wagen uitsluitend geschikt is voor het berijden van boogstralen van meer dan 35 meter, dient het opschrift als omschreven in figuur B24 van bijlage B te worden aangebracht.
  12. Deze informatie moet de treinbestuurder in staat stellen op de te berijden lijnen en met het daarop ingezet rollend materieel onder normale bedrijfsomstandigheden en bij omstandigheden van gestoord bedrijf te werken en het hoofd te bieden aan noodsituaties.
  13. De thermische karakteristieken van het remsysteem moeten het mogelijk maken een maximumhelling als bepaald in punt 4.2.5 van de TSI voor de infrastructuur van hogesnelheidslijnen versie 2006 met een snelheid van tenminste 90 % van de maximale bedrijfssnelheid te berijden.
  14. Machinisten moeten worden voorzien van een beschrijving van de te berijden lijnen en relevante baanapparatuur Deze informatie moet worden vervat in een uniek document dat „Routebeschrijving” wordt genoemd (dat een papieren of een digitaal document mag zijn).
  15. Het „Handboek treinbestuurder” moet melding maken van de eisen voor alle te berijden lijnen en het daarop ingezet rollend materieel en wel in normale bedrijfsomstandigheden, in omstandigheden van gestoord bedrijf en in noodsituaties.