Betekenis van:
bijenkorf

bijenkorf
Zelfstandig naamwoord
  • kunstmatige behuizing waarbinnen een bijenvolk zijn raten kan bouwen, oorspronkelijk in de vorm van een gevlochten korf
bijenkorf
Zelfstandig naamwoord
  • bijenkorf; kast waarin tamme bijen wonen en honing en was verzamelen

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Commentatoren hebben op verschillende wijzen het geluid van de vuvuzela beschreven als "vervelend" en "satanisch" en vergeleken met "een massale vlucht van olifanten", "een oorverdovende zwerm sprinkhanen", "een geit op weg naar haar slachting", "een gigantische bijenkorf vol met boze bijen" en "een eend die gedrogeerd is met speed".