Betekenis van:
consistorie

consistorie
Zelfstandig naamwoord
  • een vergadering van de paus met het college van kardinalen
"Het consistorie kent niet, zoals de diaconie, een overkoepelend centraal orgaan."
consistorie (de ~ | meervoud consistories)
Zelfstandig naamwoord
  • vergaderkamer v.d. kerkenraad
"een informeel samenzijn in de consistorie"

Synoniemen

Hyperoniemen

consistorie
Zelfstandig naamwoord
  • de kerkenraad van een protestantse kerk
"Predikanten en ouderlingen hebben volgens hun ambt zitting in het consistorie."
consistorie
Zelfstandig naamwoord
  • / de ruimte waar [2] vergadert
"De ouderlingen zitten nog in de consistorie te overleggen."
consistorie (het ~ | meervoud consistories)
Zelfstandig naamwoord
  • vergadering v.d. kardinalen; college dat de kerk bestuurt

Synoniemen

Hyperoniemen