Betekenis van:
context

context (de ~ | meervoud contexten)
Zelfstandig naamwoord
  • algemeen verband; zaken die ergens mee samenhangen
"iets in een bepaalde context zien/plaatsen"
"binnen een context"

Synoniemen

Hyperoniemen

context (de ~ | meervoud contexten)
Zelfstandig naamwoord
  • tekstomgeving
"de linker/rechter context"

Synoniemen

Hyperoniemen

context
Zelfstandig naamwoord
  • verband waarin iets zich voordoet

Voorbeeldzinnen

  1. Dat hangt af van de context.
  2. ALGEMENE CONTEXT
  3. Internationale context
  4. OPERATIONELE CONTEXT
  5. DE CONTEXT
  6. Context van de analyse
  7. Beleids- en juridische context
  8. Context van de maatregel
  9. Context van de beoordeling
  10. Algemene context van de maatregel
  11. ALGEMENE CONTEXT VAN DE HERSTRUCTURERING VAN ABX
  12. In de context van deze bijlage:
  13. Reclame in de context van verkeersveiligheid.
  14. De context van de lopende procedure
  15. Uitgangssituatie-indicatoren met betrekking tot de context