Betekenis van:
defect

defect
Bijvoeglijk naamwoord
  • kapot; stuk; niet functionerend; defect; stuk
"defect raken"
"een defect toetsenbord"

Synoniemen

Hyperoniemen

defect
Bijvoeglijk naamwoord
  • kapot, niet werkend
"Het defecte apparaat kon niet meer gerepareerd worden."
defect (het ~ | meervoud defecten)
Zelfstandig naamwoord
  • mankement
"een defect aan [het besturingssysteem]"
"een defect verhelpen/herstellen"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Lens is defect.
  2. Defect, veroorzaakte schade
  3. Bediening is defect.
  4. Waarschuwingssignaal is defect.
  5. Noodbediening is defect.
  6. De kabelgeleiding is defect
  7. Systeem is defect.
  8. Systeem is defect.
  9. Bediening is defect.
  10. Bevestiging is defect.
  11. Kabelgeleiding is defect.
  12. Het systeem is defect
  13. Ontsteker (indien vereist) defect.
  14. Met een defect
  15. Overbrenging is defect.