Betekenis van:
eeuwigheid

eeuwigheid
Zelfstandig naamwoord
  • alle tijd die nog zal komen
"Volgens sommige christenen moet je tot in de eeuwigheid branden in de hel als je niet in hun stroming van het christendom gelooft."
eeuwigheid (de ~ | meervoud eeuwigheden)
Zelfstandig naamwoord
  • tijd die zeer lang schijnt
"in der eeuwigheid niet"
"in geen eeuwigheid"

Synoniemen

Hyperoniemen

eeuwigheid
Zelfstandig naamwoord
  • veel meer tijd dan gewenst
"Ik heb hier echt een eeuwigheid zitten wachten tot je eindelijk klaar was."
eeuwigheid
Zelfstandig naamwoord
  • een gevoelsmatig lange tijd
"Die nachtmerrie leek wel een eeuwigheid te duren, maar in feite waren het slechts seconden."
eeuwigheid (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • wat na de dood komt
"voor de eeuwigheid staan"
"tot in eeuwigheid"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Men liet me een eeuwigheid wachten.
  2. Ik heb haar in geen eeuwigheid gezien.
  3. Ik zou een eeuwigheid bezig zijn om alles uit te leggen.
  4. Er zijn altijd dingen die ik nooit zal leren, ik heb de eeuwigheid niet voor de boeg.
  5. Een lied voor de eeuwigheid, en van het begin van de wereld tot onze tijd