Betekenis van:
enkelspel

enkelspel (het ~ | meervoud enkelspelen)
Zelfstandig naamwoord
  • sportwedstrijd tussen twee individuen; enkelspel
"het enkelspel voor dames/heren"
"in het enkelspel uitkomen"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. de finales van het enkelspel, mannen en vrouwen, van het tennistoernooi van Roland Garros;
  2. Grand Slam-toernooien: alle wedstrijden met Belgische spelers/speelsters vanaf de kwartfinales en alle finales (enkelspel);