Betekenis van:
frees

frees (de ~ | meervoud frezen)
Zelfstandig naamwoord
  • werktuig om uit te hollen
"met behulp van frezen wordt het wegdek afgeslepen"
"het is de kunst met de frees precies in de naad te blijven"

Hyperoniemen

frees (de ~ | meervoud frezen)
Zelfstandig naamwoord
  • landbouwwerktuig
"na het ploegen hanteert de bietenboer de frees"

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Schaaf-, frees- en profileermachines voor hout, kurk, been, enz.