Betekenis van:
kiel

kiel (de ~ | meervoud kielen)
Zelfstandig naamwoord
  • kledingstuk voor het bovenlichaam
"een blauwgeruite kiel"

Hyperoniemen

kiel
Zelfstandig naamwoord
  • hoek inspringend, tussen 2 hellende dakvlakken

Hyperoniemen

kiel
Zelfstandig naamwoord
  • een verlenging van de onderzijde van een (zeil)schip die dient om het verlijeren tegen te gaan en het schip een grotere stabiliteit te geven
kiel
Zelfstandig naamwoord
  • / een kledingstuk zonder voorsluiting dat het bovenlichaam bedekt en onder landbouwers populair was

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Beschermende kiel
  2. Sloepen met harde kiel
  3. Kiel Wik/Bunkeranlage
  4. zuurbestendige kiel of schort;
  5. Adres: Iltisstrasse 58, 24143 Kiel, Duitsland
  6. Kleur kroonkafje: Kiel, donkerpaars; kap, donkerpaars; punt, donkerpaars;
  7. Paspoortnummer: 1005552350 (afgegeven op 27.3.2001 door de gemeente Kiel, vervalt op 26.3.2011).
  8. Kiel, Hamburg, Oldenburg, Münster, Düsseldorf, Trier, Gießen, Stuttgart, München, Bützow, Potsdam, Magdeburg, Erfurt en Dresden
  9. Schleswig-Holstein, Einlassstelle Kiel, punten van binnenkomst 15.3 tot en met 15.6
  10. Bovendien zou de eerste onderzeeër worden gebouwd op de scheepswerf van HDW in Kiel.
  11. Datum waarop de kiel is gelegd of waarop het schip in een vergelijkbaar bouwstadium verkeerde
  12. Landesbank Schleswig-Holstein Girozentrale (hierna „LB Kiel” genoemd), met hoofdkantoor in Kiel, behoort met een concernbalanstotaal van 145,5 miljard EUR (per 31 december 2002) tot de vijftien grootste banken van Duitsland.
  13. Nummer identiteitskaart: 1007850441 (Duitse federale identiteitskaart, afgegeven op 27.3.2001 door de gemeente Kiel, Duitsland, vervalt op 26.3.2011).
  14. Datum waarop de kiel is gelegd of waarop het schip in een vergelijkbaar stadium van de bouw verkeerde: …
  15. Behalve haar hoofdvestiging in Büdelsdorf heeft MobilCom nog verscheidene andere vestigingen in Duitsland (Kiel, Karlstein, Erfurt en Hallbergmoos).