Betekenis van:
koetswerk

koetswerk (het ~ | meervoud koetswerken)
Zelfstandig naamwoord
  • koetswerk van auto; bovenbouw van rijtuigen
"een auto met een modern koetswerk"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Cabine en koetswerk
  2. Koetswerk of cabine zit los.
  3. Koetswerk laat motor- of uitlaatemissies binnendringen.
  4. Bevestigingspunten integraal koetswerk te zeer verroest.
  5. Koetswerk/cabine niet recht op het chassis geplaatst.
  6. Bevestiging van koetswerk/cabine op het chassis of de dwarsdelen zit los of ontbreekt.
  7. Zij beweren dat de productie van dit type auto invloed heeft op alle activiteiten van de onderneming (koetswerk, spuiterij, perserij, logistiek en assemblage) en dat de introductie van een nieuw model altijd de volgende gevolgen heeft:
  8. Garnituren, beslag en dergelijke artikelen, van onedel metaal, voor meubelen, voor deuren, voor trappen, voor vensters, voor blinden, voor koetswerk, voor zadelmakerswerk, voor koffers en valiezen en voor dergelijke werken; hoedhaken, jashaken en dergelijke haken, kapstokken, plankdragers en dergelijke artikelen, van onedel metaal; zwenkwielen met montuur van onedel metaal; automatische deursluiters en deurdrangers van onedel metaal