Betekenis van:
modem

modem (de ~ | meervoud modems)
Zelfstandig naamwoord
  • koppeling tussen computer en telefoonnet
"via/met een modem"
"een modem aansluiten"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. een modem;
  2. internetaansluiting: traditioneel modem;
  3. internetaansluiting: traditioneel modem of ISDN;
  4. (facultatief) internetaansluiting: mobiele breedbandverbinding via draagbare computer met 3G-modem;
  5. Voorbeelden: USB 1.x, IEEE488, IEEE 1284/Parallel/Centronics en RS232 en/of fax modem.
  6. type aansluiting gebruikt voor toegang tot internet thuis: modem of ISDN;
  7. computervaardigheden voor het aansluiten en installeren van nieuwe apparaten, bv. een printer of een modem;
  8. computervaardigheden voor het aansluiten en installeren van nieuwe apparaten, bijvoorbeeld een modem;
  9. computervaardigheden voor het aansluiten en installeren van nieuwe apparaten, bv. een printer of een modem;
  10. type aansluiting gebruikt voor toegang tot internet thuis: modem (inbelverbinding via gewone telefoonlijn) of ISDN;
  11. (facultatief) internetaansluiting: mobiele breedbandverbinding via draagbare computer met gebruik van een modem met ten minste 3G-technologie;
  12. (facultatief) type andere breedbandaansluiting gebruikt voor toegang tot internet thuis: mobiele draadloze verbinding via 3G-modem (USB-stick, laptopkaart);
  13. (facultatief) type andere breedbandverbinding gebruikt voor toegang tot internet thuis: mobiele verbinding via ten minste 3G-modem (USB-stick, laptopkaart);
  14. type verbinding gebruikt voor toegang tot internet thuis: mobiele smalbandverbinding (bijvoorbeeld 2G+/GPRS, gebruikt door mobiele telefoon of modem in laptop).
  15. Voorbeelden van activerende gebeurtenissen zijn: een beweging van de muis, toetsenbordactiviteit, controllerinvoer, realtimeklokgebeurtenis of een druk op een knop op de behuizing, en in het geval van externe gebeurtenissen een via een afstandsbediening, netwerk, modem enz. gegeven stimulus.