Betekenis van:
onverstoorbaar
onverstoorbaar
Bijvoeglijk naamwoord
- niet te verstoren; onverstoorbaar; flegmatiek; onverstoorbaar
"met onverstoorbare kalmte"
Synoniemen
Hyperoniemen
onverstoorbaar
Bijwoord
- op onverstoorbare wijze
"Hij zat onverstoorbaar te lezen toen de kast omviel."