Betekenis van:
taalvaardigheid

taalvaardigheid (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • vaardigheid in taalgebruik; vaardigheid in taalgebruik
"(studeren/les/onderwijs) in taalvaardigheid"
"mondelinge/schriftelijke taalvaardigheid"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

taalvaardigheid
Zelfstandig naamwoord
  • de vaardigheid van een vlot gebruik van de taal

Voorbeeldzinnen

  1. Aantekeningen betreffende de taalvaardigheid
  2. Hun taalvaardigheid moet beantwoorden aan de beoordelingsschaal in bijlage III.
  3. „aantekening betreffende de taalvaardigheid”: de op een bevoegdverklaring aangebrachte en van de bevoegdverklaring deel uitmakende machtiging waarin de taalvaardigheid van de houder wordt aangegeven;
  4. Schaal voor de beoordeling van de taalvaardigheid: niveaus Preoperationeel, elementair en pre-elementair
  5. Schaal voor de beoordeling van de taalvaardigheid: niveaus uitstekend, zeer goed en operationeel
  6. De deskundigen moeten over de taalvaardigheid beschikken die nodig is om de voorstellen te kunnen beoordelen.
  7. blijk hebben gegeven van een passend niveau van taalvaardigheid overeenkomstig de in bijlage III vermelde eisen.
  8. Een piloot moet bewezen taalvaardigheid hebben die passend is voor de taken die in het luchtvaartuig worden uitgeoefend.
  9. beschikken over personeel met voldoende beroepskwalificaties en taalvaardigheid om administratieve werkzaamheden te verrichten in een internationale omgeving.
  10. Het voor de toepassing van de leden 1 en 2 vereiste niveau is niveau 4 van de beoordelingsschaal voor de taalvaardigheid die in bijlage III is opgenomen.
  11. de bevoegdverklaringen, de aantekeningen bij de bevoegdverklaringen, de aantekeningen betreffende de taalvaardigheid, de aantekeningen betreffende de instructiebevoegdheid, en de aantekeningen betreffende de luchtverkeersleidingsdienst;
  12. De taalvaardigheid wordt aangetoond door een certificaat dat is afgegeven na een transparante en objectieve beoordelingsprocedure die is goedgekeurd door de nationale toezichthoudende instantie.
  13. De vergunning wordt geldig gemaakt door de opneming van één of meer bevoegdverklaringen en de relevante aantekeningen bij de bevoegdverklaringen, de luchtverkeersdienst en de taalvaardigheid waarvoor de opleiding met succes is afgerond.
  14. De cursussen vallen uiteen in de volgende subthema’s: Roemeense taal voor buitenlandse werknemers; leiderschapsvaardigheden voor toezichthouders/voorlieden; kennis van Outlook en basisvaardigheden op het gebied van IT; Engelse taalvaardigheid voor autochtone arbeidskrachten; taal- en rekenvaardigheden; basisvaardigheden op het gebied van leiderschap voor werknemers op alle niveaus; uitgebreide IT-opleiding; persoonlijke intensieve opleiding voor geselecteerde „rolmodel”-werknemers.
  15. Onverminderd lid 3 mogen de lidstaten voor de toepassing van de leden 1 en/of 2 niveau 5 van de in bijlage III opgenomen beoordelingsschaal voor de taalvaardigheid eisen wanneer de operationele omstandigheden van de betrokken bevoegdverklaring of aantekening om dwingende veiligheidsredenen een hoger niveau rechtvaardigen.