Betekenis van:
				
					takken					
				
			
            tak (de ~ | meervoud takken)
Zelfstandig naamwoord
- onderdeel v.e. bedrijf of instelling
 
"een tak van de Germaanse taalfamilie"
"takken van een bedrijf"
Hyperoniemen
Hyponiemen
tak (de ~ | meervoud takken)
Zelfstandig naamwoord
- afsplitsing
 
"zich in takken verdelen/splitsen"
"de takken van een gewei/luchtpijp/buizenstelsel/rivier"
Synoniemen
Hyperoniemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Takken/scheuten en knoppen
 - Verspreid/op bepaalde takken
 - Vrachtvervoer (alle takken), miljoen tkm
 - takken en twijgen van naaldbomen
 - 3 Verspreid/op bepaalde takken
 - CO2-emissie door vrachtvervoer (alle takken), kiloton
 - residuen van houtkap (boomtoppen, takken, bast, stronken)
 - Bij gevaar nemen zij de vlucht in hoge takken.
 - Beheersplannen voor bepaalde takken van visserij in territoriale wateren
 - Gemeenschappelijke posten van de drie takken van vervoer
 - de maatregelen die zijn genomen om de verenigbaarheid met de takken van communautair beleid te garanderen.
 - Bovendien kunnen ook ondernemingen met activiteiten in andere takken van de economie tot het consortium toetreden.
 - De eisen ter zake van milieubescherming vormen een bestanddeel van de andere takken van het Gemeenschapsbeleid.
 - Minimummaaswijdte van trawlnetten die in bepaalde plaatselijke en seizoensgebonden takken van demersale trawlvisserij worden gebruikt
 - De Commissie stelt de twee takken van de begrotingsautoriteit onmiddellijk van deze overschrijvingen op de hoogte.”;