Vertaling van assignment

Inhoud:

Engels
Nederlands
assignment [o], lesson {zn.}
leerstof
abandonment, compliance, concession, submission, assignment {zn.}
toegeving [v]
concessie [v]
afstand [m]
cessie [v]
afstaan  [o]
job, task, chore, stint, assignment {zn.}
taak [v]
opdracht
opgave [v]
klus [m]
opgaaf [v]
karwei
He'll finish the job by tomorrow.
Hij zal morgen klaar zijn met de klus.
Have you done your assignment yet?
Heb je je opdracht al gemaakt?
summons, subpoena, allocation, allotment, appointment, assignment, assignation {zn.}
toewijzing [v]
dagvaarding  [v]
exploot [o]
assignatie [v]
delivery, handover, transmission, assignment {zn.}
inlevering [v]
overdracht
afgifte [v]