Vertaling van expand

Inhoud:

Engels
Nederlands
to expand {ww.}
uitzetten

I expand
you expand
we expand

ik zet uit
jij zet uit
wij zetten uit
» meer vervoegingen van uitzetten

to expand, to unfold {ww.}
openklappen

I expand
you expand
we expand

ik klap open
jij klapt open
wij klappen open
» meer vervoegingen van openklappen

to expand, to dilate {ww.}
doen uitzetten
to expand {ww.}
uitzetten

I expand
you expand
we expand

ik zet uit
jij zet uit
wij zetten uit
» meer vervoegingen van uitzetten

to extend, to expand, to reach, to spread, to stretch, to stretch out {ww.}
uitstrekken
uitsteken
uitbreiden 
strekken
rekken
ophouden

I expand
you expand
we expand

ik strek uit
jij strekt uit
wij strekken uit
» meer vervoegingen van uitstrekken

to broaden, to expand, to widen {ww.}
verbreden

I expand
you expand
we expand

ik verbreed
jij verbreedt
wij verbreden
» meer vervoegingen van verbreden

to broaden, to expand {ww.}
uitbreiden 

I expand
you expand
we expand

ik breid uit
jij breidt uit
wij breiden uit
» meer vervoegingen van uitbreiden

to run, to expand, to extend, to range, to reach, to stretch, to spread {ww.}
lopen 
zich uitstrekken
reiken

I expand
you expand
we expand

ik loop
jij loopt
wij lopen
» meer vervoegingen van lopen

He couldn't run very fast.
Hij kon niet heel snel lopen.
My brother can run very fast.
Mijn broer kan zeer snel lopen.


Gerelateerd aan expand

unfold - dilate - extend - reach - spread - stretch - stretch out - broaden - widen - run - range