Vertaling van triunfo

Inhoud:

Spaans
Nederlands
triunfo [m] (el ~) {zn.}
troef
triunfo [m] (el ~) {zn.}
zege
zegepraal
triomf
aprobar, triunfar, pasar {ww.}
slagen 
halen

yo triunfo
él/ella triunfó

ik slaag
hij/zij/het slaagde
» meer vervoegingen van slagen

Él quería triunfar.
Hij wilde slagen.
Él quería triunfar aún a costas de su salud.
Hij wou slagen, zelfs ten koste van zijn gezondheid.


Gerelateerd aan triunfo

aprobar - triunfar - pasar