Vertaling van tap
Inhoud:
Nederlands
Deens
plug, prop, stekker, stop, stopmiddel, tap {zn.}
stik
kraan , tap , tapkraan {zn.}
hane
loslaten, lossen, tappen, uitlaten, vieren, weglaten {ww.}
udelade
overdoen, tappen, verhandelen, verkopen, vervreemden, wegdoen {ww.}
sælge