Vertaling van dragen

Inhoud:

Nederlands
Duits
dragen, schoren, steunen, ondersteunen, ruggesteunen, schragen {ww.}
unterhalten
unterstützen
stemmen

wij dragen
jullie dragen
zij dragen

wir unterhalten
ihr unterhaltet
sie unterhalten
» meer vervoegingen van unterhalten

dragen, naar buiten brengen, uithouden, verdragen {ww.}
austragen
aushalten

wij dragen
jullie dragen
zij dragen

wir tragen aus
ihr tragt aus
sie tragen aus
» meer vervoegingen van austragen

aanhebben, dragen, ophebben, voorhebben {ww.}
aufhaben
anhaben
umhaben
darauf sein

wij dragen
jullie dragen
zij dragen

wir haben auf
ihr habt auf
sie haben auf
» meer vervoegingen van aufhaben

brengen, dragen, voeren, voorhebben {ww.}
tragen

wij dragen
jullie dragen
zij dragen

wir tragen
ihr tragt
sie tragen
» meer vervoegingen van tragen

Katten dragen geen halsband.
Katzen tragen kein Halsband.
Ik kan deze koffer niet zelf dragen.
Ich kann diesen Koffer nicht allein tragen.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Katten dragen geen halsband.

Katzen tragen kein Halsband.

Zal ik uw jas dragen?

Soll ich deinen Mantel bringen?

We moeten een uniform dragen op school.

Wir müssen in der Schule eine Schuluniform tragen.

Ik kan deze koffer niet zelf dragen.

Ich kann diesen Koffer nicht allein tragen.

We zijn het gewend om schoenen te dragen.

Wir sind daran gewöhnt, Schuhe zu tragen.