Vertaling van ik heet
Inhoud:
Nederlands
Duits
heten, noemen, benoemen, uitmaken voor {ww.}
nennen
ernennen
benennen
heißen
ernennen
benennen
heißen
ik heet
jij heet
hij/zij/het heet
ich nenne
du nennst
er/sie/es nennt
» meer vervoegingen van nennen
Mensen noemen hem Dave.
Die Leute nennen ihn Dave.
We noemen onze hond Pochi.
Wir nennen unseren Hund Pochi.
gelden, heten, doorgaan, zich aanstellen {ww.}
sich geziert benehmen
sich unnatürlich benehmen
spielen
gespreitzt tun
sich den Anschein geben
vorgeben
vortäuschen
sich zieren
affektieren
sich unnatürlich benehmen
spielen
gespreitzt tun
sich den Anschein geben
vorgeben
vortäuschen
sich zieren
affektieren
ik heet
jij heet
hij/zij/het heet
ich spiele
du spielst
er/sie/es spielt
» meer vervoegingen van spielen
heten, genoemd worden {ww.}
heißen
ik heet
jij heet
hij/zij/het heet
ich heiße
du heißt
er/sie/es heißt
» meer vervoegingen van heißen
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Duits
Ik heet Tanaka Itsjiro.
Ich heiße Ichiro Tanaka.
Ik heet Jack.
Mein Name ist Jack.
Ik heet Ivan.
Mein Name ist Ivan.
Hoi, ik heet Ken Saitou.
Hallo, ich heiße Ken Saitou.