Vertaling van beeld

Inhoud:

Nederlands
Engels
beeld [o], afbeelding [v], figuur {zn.}
picture 
figure 
configuration
representation 
image 
diagram
Bekijk de afbeelding.
Look at the picture.
Ik keek naar de afbeelding.
I looked at the picture.
beeld [o], standbeeld {zn.}
statue
beeld [o], gelijkenis [v] {zn.}
picture 
similarity 
resemblance
likeness 
portrait 
image 
De persoon aan de linkerzijde verstoort het evenwicht in het beeld.
The person on the left ruins the balance of the picture.
beeld [o], afbeelding [v], voorstelling [v], plaat, prent {zn.}
picture 
image 
Hij hing een afbeelding aan de muur.
He hung a picture on the wall.
Ik herken niemand op de afbeelding
I don't recognize any of the people in the picture.
beeld [o], beeldspraak [v], metafoor {zn.}
metaphor 
afbeelden, uitbeelden, verbeelden, verzinnelijken, voorstellen {ww.}
to depict 
to represent 
to figure 

ik beeld af

I depict
» meer vervoegingen van to depict

inbeelden, verbeelden {ww.}
to imagine
to envisage
to ideate
to conceive of

ik beeld in

I imagine
» meer vervoegingen van to imagine

Je kan je niet inbeelden hoe blij ze was.
You cannot imagine how happy she was.
We zijn niet zo gelukkig of ongelukkig dan we onszelf inbeelden.
We are not as happy or unhappy as we imagine ourselves to be.
afbeelden, konterfeiten {ww.}
to represent
to interpret

ik beeld af

I represent
» meer vervoegingen van to represent

uitbeelden, veraanschouwelijken, visualiseren, verbeelden, neerzetten {ww.}
to visualise
to visualize
to project
to see
to picture
to image
to figure
to fancy
to envision

ik beeld uit

I visualize
» meer vervoegingen van to visualize

afbeelden {ww.}
to draw

ik beeld af

I draw
» meer vervoegingen van to draw