Vertaling van beneveld

Inhoud:

Nederlands
Engels
aangeschoten, beneveld, tipsy {bn.}
tipsy 
beneveld, halfdronken, tipsy, aangeschoten {bn.}
besotted
blind drunk
blotto
cockeyed
crocked
fuddled
loaded
pie-eyed
pissed
pixilated
plastered
slopped
sloshed
smashed
soaked
soused
sozzled
squiffy
stiff
tight
wet
benevelen, verdoezelen {ww.}
to bemuse
to cloud 
to dim 
to befog

ik heb beneveld
jij hebt beneveld
hij/zij/het heeft beneveld

I have bemused
you have bemused
he/she/it has bemused
» meer vervoegingen van to bemuse

benevelen {ww.}
to mist

ik heb beneveld
jij hebt beneveld
hij/zij/het heeft beneveld

I have misted
you have misted
he/she/it has misted
» meer vervoegingen van to mist

verbergen, benevelen, camoufleren, verbloemen, verdoezelen, verhelen, verhullen, versluieren, wegstoppen, maskeren {ww.}
to conceal
to hold in
to hold back

ik heb beneveld
jij hebt beneveld
hij/zij/het heeft beneveld

I have concealed
you have concealed
he/she/it has concealed
» meer vervoegingen van to conceal

Ze probeerde haar angst tevergeefs te verbergen.
She tried in vain to conceal her fear.
bedwelmen, benevelen {ww.}
to intoxicate

ik heb beneveld
jij hebt beneveld
hij/zij/het heeft beneveld

I have intoxicated
you have intoxicated
he/she/it has intoxicated
» meer vervoegingen van to intoxicate