Vertaling van besteld

Inhoud:

Nederlands
Engels
bestellen {ww.}
to deliver 

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have delivered
you have delivered
he/she/it has delivered
» meer vervoegingen van to deliver

bestellen, leveren, afleveren, toevoeren {ww.}
to yield 
to purvey 
to provide 
to supply 
to furnish 
to deliver 

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have yielded
you have yielded
he/she/it has yielded
» meer vervoegingen van to yield

aanvragen, bestellen {ww.}
to order 
to procure
to book 

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have ordered
you have ordered
he/she/it has ordered
» meer vervoegingen van to order

Laten we Chinees bestellen.
Let's order Chinese takeout.
Bent u nu klaar om te bestellen?
Are you ready to order now?
bestellen {ww.}
to order

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have ordered
you have ordered
he/she/it has ordered
» meer vervoegingen van to order

Tom weet niet wat te bestellen.
Tom doesn't know what to order.
Ik wil graag wat eten bestellen
I would like to order some food
bestellen {ww.}
to hold
to reserve
to book

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have held
you have held
he/she/it has held
» meer vervoegingen van to hold

bestellen {ww.}
to deliver

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have delivered
you have delivered
he/she/it has delivered
» meer vervoegingen van to deliver

ontbieden, bestellen, halen {ww.}
to call
to send for

ik heb besteld
jij hebt besteld
hij/zij/het heeft besteld

I have called
you have called
he/she/it has called
» meer vervoegingen van to call

Kunt u een taxi voor me bestellen?
Can you call me a taxi?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik heb twee hamburgers besteld.

I ordered two hamburgers.

Ik heb deze boeken in Duitsland besteld.

I ordered those books from Germany.

Ik heb telefonisch een pizza besteld.

I ordered a pizza on the phone.


Gerelateerd aan besteld

bestellen - leveren - afleveren - toevoeren - aanvragen - ontbieden - halenvragen - aanvragen - afleveren - oproepen