Vertaling van gezindte

Inhoud:

Nederlands
Engels
belijdenis [v], confessie [v], gezindte {zn.}
denomination
confession 
kerkgenootschap [o] (het ~), denominatie, gezindte [v] (de ~), kerk [m] (de ~), kerkgemeenschap [v] (de ~) {zn.}
church
christian church
Hij gaat zelden naar de kerk.
He seldom goes to church.
Zij gaan naar de kerk op zondagochtend.
They go to church on Sunday morning.


Gerelateerd aan gezindte

belijdenis - confessie - kerkgenootschap - denominatie - kerk - kerkgemeenschapvereniging