Vertaling van hoe maakt u het?

Inhoud:

Nederlands
Engels
hoe gaat het?, hoe maakt u het?, hoe gaat het ermee?
how are you?
how do you do?
afmaken, afsluiten, beëindigen, besluiten, uitmaken, voleindigen {ww.}
to finish 
to end 
to conclude 
to terminate

jij maakt af
hij/zij/het maakt af

you finish
he/she/it finishes
» meer vervoegingen van to finish

Ik zal dit werk op een of andere manier afmaken.
I will finish this work somehow.
Ik stelde voor de vergadering te beëindigen.
I suggested that we end the meeting.
doden, doodmaken, ombrengen {ww.}
to kill 
to slay 
to liquidate 

jij maakt dood
hij/zij/het maakt dood

you kill
he/she/it kills
» meer vervoegingen van to kill

Pistolen doden geen mensen. Mensen doden mensen.
Guns don't kill people. People kill people.
Ze zullen me doden.
They'll kill me.
fijnmaken, verpoederen, verpulveren {ww.}
to powder 
to pulverize 

jij maakt fijn
hij/zij/het maakt fijn

you powder
he/she/it powders
» meer vervoegingen van to powder

aanmaken, bereiden, toebereiden, voorbereiden {ww.}
to prepare 
to work up

jij maakt aan
hij/zij/het maakt aan

you prepare
he/she/it prepares
» meer vervoegingen van to prepare

Je moet je voorbereiden op de toekomst.
You should prepare for the future.
Je hoeft geen formele toespraak voor te bereiden.
You need not prepare a formal speech.
doorkomen, doormaken, doortrekken {ww.}
to go through
to pass 

jij maakt door
hij/zij/het maakt door

you pass
he/she/it passes
» meer vervoegingen van to pass

beleven, doorleven, doormaken, ondergaan {ww.}
to weather 
to undergo
to live through
to survive 
to experience 

jij maakt door
hij/zij/het maakt door

you weather
he/she/it weathers
» meer vervoegingen van to weather

dichten, dichtmaken, stoppen, toestoppen, verstoppen, volstoppen {ww.}
to stop 
to stopper 
to stuff
to tamp
to fill 
to plug 
to congest
to choke
to stop up
to clog
to block 

jij maakt dicht
hij/zij/het maakt dicht

you stop
he/she/it stops
» meer vervoegingen van to stop

Je moet stoppen met drinken.
You should stop drinking.
Ik kon Tom niet stoppen.
I couldn't stop Tom.
buitmaken, behalen, verkrijgen, verwerven {ww.}
to obtain 
to secure 
to gain 
to get 
to acquire 

jij maakt buit
hij/zij/het maakt buit

you obtain
he/she/it obtains
» meer vervoegingen van to obtain

Waar kan ik een kaart van Europa verkrijgen?
Where can I obtain a map of Europe?
maken, aanmaken, bedrijven, doen, uitbrengen, uitrichten, uitvoeren {ww.}
to act 
to do 
to make 
to perform 
to carry out
to commit 
to form 
to reach 
to render 
to work 
to wage 

jij maakt aan
hij/zij/het maakt aan

you act
he/she/it acts
» meer vervoegingen van to act

dichtdoen, dichtmaken, sluiten, toedoen {ww.}
to close 
to shut 
to adjourn 

jij maakt dicht
hij/zij/het maakt dicht

you close
he/she/it closes
» meer vervoegingen van to close

aanmaken, aansteken, doen ontbranden, ontsteken, stoken {ww.}
to kindle 
to light 
to ignite

jij maakt aan
hij/zij/het maakt aan

you kindle
he/she/it kindles
» meer vervoegingen van to kindle

fabriceren, maken, aanmaken, vervaardigen {ww.}
to fabricate 
to manufacture
to concoct

jij maakt aan
hij/zij/het maakt aan

you fabricate
he/she/it fabricates
» meer vervoegingen van to fabricate

drogen, afdrogen, droogmaken, uitdrogen {ww.}
to dry 

jij maakt droog
hij/zij/het maakt droog

you dry
he/she/it dries
» meer vervoegingen van to dry

beleven, doormaken, ervaren, ondervinden {ww.}
to go through
to live to see
to encounter 
to experience 
to undergo

jij maakt door
hij/zij/het maakt door

you encounter
he/she/it encounters
» meer vervoegingen van to encounter

buitmaken, plunderen, roven, stropen {ww.}
to plunder 
to rob 
to loot
to kidnap
to abduct

jij maakt buit
hij/zij/het maakt buit

you plunder
he/she/it plunders
» meer vervoegingen van to plunder